Mijn Spelmethode

 

Sedert mijn herstart in 2000 beoefen ik het nestspel. Omdat er bij onze noorderburen zoveel successen worden gehaald op de overnachtvluchten met nestspel was ik van oordeel dat dit mij ook moest lukken.

 

 

Het nestspel

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Vanaf mijn herstart in 2000 ben ik ook begonnen met het nestspel. Dit is in Nederland alom gekend, maar in België niet, met uitzondering van enkele hokken die op Barcelona duivinnen op nest klaarstomen. Nestspel heeft voordelen maar ook nadelen, en het is een eenvoudige methode als je ze goed onder de knie hebt, maar dat is nu juist de sleutel tot het succes. Observatie en feeling zijn hierbij zéér belangrijk en alle liefhebbers hebben deze gave niet.

 

Voordelen:

 

-duiven zijn rustig en hebben minder last van stress.

-Je kan op alle uren van de dag op het hok komen zonder de duiven te verstoren.

-Zowel de kwaliteit van de duivers als deze van de duivinnen kan je testen, en dit is zéér belangrijk voor je verdere stamvorming.

-Je kan vroegtijdig een goed kweekkoppel ontdekken.

-de verzorging is eenvoudiger.

-duiven kunnen een supermotivatie krijgen door een ideale neststand.

-De conditie stijgt mee met de evolutie van de neststand, en dit is individueel verschillend bij elke duif.

-Het is altijd een gezellige boel op het hok omdat duiven ook een sociaal leefpatroon hebben in groep.

-duivinnen zijn rustig in de reismanden, waardoor ze extra energie blijven opstapelen, en hierdoor tot grote prestaties in staat zijn.

 

Nadelen:

 

-nestspel vraagt observatie omdat je het gedrag van je duiven moet leren kennen.

-een goede administratie is zéér belangrijk. Hiermee bedoel ik dat je alles op een kalender moet opschrijven per duif of koppel, zodat je elke dag de juisten neststand kent en de duiven ook kan klaarzetten naar een bepaalde vlucht.

-nestspel is enkel geschikt voor vluchten boven 800 km, met uitzondering van liefhebbers die op het einde van het seizoen met jonge duiven spelen op de snelheidsvluchten of nationaals voor jongen.

-De voeding is bij nestspel zéér belangrijk en zal mede bepalend zijn voor de successen.

-het is niet altijd simpel om nestduiven aan hun training te houden.

-Door een slechte combinatie van voeding en training gaan de vliegduiven aanvetten en verzwaren, waardoor de vliegconditie verdwijnt.

-Doffers op nest zijn in de reismanden rustig en worden gepikt door weduwmannen. Dit is vooral een probleem bij de kortere vluchten als er meer dan 20 duiven in de manden zitten. 

 

De voeding

 

Ik geef het ganse jaar door ruimengeling als basisvoeding, omwille van de grote variatie aan zaden en granen. In de ruiperiode gaat er in een verhouding van 1 op 5 nog eens dieet bij en ook nog enkele soeplepels wilde zaden. De duiven worden twee maal per dag gevoederd, doch nooit een volle krop.

In de winter verander ik de dieetmengeling in zuivering, ook 1 op 5, maar voeder ik slechts één keer per dag en dit is 's middags. Op deze manier ruien de duiven enorm veel oude dons.

In de lente start ik met dezelfde mengeling als in de winter maar ga ik terug over naar twee voederbeurten.

Als het vliegseizoen begint, gaat er een beetje franse cribbs maïs extra onder het eten. Van het ogenblik dat de duiven op nest zitten en de vluchten bezig zijn, voeder ik drie keer per dag, maar nooit te veel. Hierdoor smossen de vliegers niet met het eten, blijven ze lichter en strakker, waardoor ze weer beter trainen. Koppels met grote jongen hebben voldoende eten, en de broedende koppels slaan al eens een beurt over, of pikken enkele graantjes en gaan weer broeden.

Naar de zware fonvluchten toe verhoog ik de maïs, maar dit is op gevoel.

Bij thuiskomst krijgen de duiven terug wat extra zuivering en verse grit. Nadien terug de gewone ruimengeling al dan niet aangevuld met extra maïs.

Na het speelseizoen ga ik terug naar twee voederbeurten per dag, en gaan we terug naar het ruiregime.

 

De training.

 

Sedert 2005 ben ik overgeschakeld naar open hok systeem. Dit wil zeggen dat de duiven vrijuit kunnen vliegen van het eerste ochtendlicht tot 17.30 uur 's avonds.  Zo kunnen de jonge duiven nadien nog trainen. Ik kijk niet naar het weer. De duiven zitten ook de rest van het jaar open hok. Eind oktober gaan alle broedhokken op halve stand en blijven de duiven gekoppeld tot eind januari een beetje afhankelijk van het winterweer. Als er terug drift in de koppels komt, worden deze gescheiden tot de eerste africhtingsvluchten zijn afgewerkt. De duivinnen verblijven dan op het hok voor jonge duiven en trainen 's avonds. De doffers vertoeven op het nesthok en trainen's morgens. Dit is de enige periode van het jaar dat de duiven geen open hok hebben en op weduwschap zitten. In de rui- en winterperiode zitten de duiven ook open hok in weer en wind, zelfs bij bar winterweer en sneeuwval ( zie onderstaande foto). Hierdoor krijgen ze een extra zuurstofkuur waardoor hun natuurlijke weerstand verhoogt en ze steeds de rui uitkomen met een vettig glanzend en zijdezacht verenpak. Slechte pennen of bloedpennen heb ik op mijn hok nog niet gezien.

De reden dat ik niet afwijk van dit systeem, is het feit dat ik in 2005 het eerst dit open hok systeem heb ingevoerd en juist dat seizoen de 1° nationaal Barcelona won. Het valt mij de laatste jaren ook op dat de duivinnen, die kort na de middag van de nesten komen, vaak lang trainen en dit juist op de warmste momenten van de dag.

 

Het medische plaatje

 

Bij mijn herstart in 2000 ben ik op zoek gegaan naar topmateriaal voor de zware fond. Hier heb ik niet alleen rekening gehouden met de fysische eigenschappen maar ook met de natuurlijke weerstand van deze duiven.

Duiven die niet tegen een stootje kunnen zullen nooit zegevieren op de fond. Met het systeem van open hok hebben mijn duiven in de loop der jaren een sterke natuurlijke weerstand opgebouwd. Maar niet alle duiven hebben deze aangeboren weerstand, en daarom selecteer ik vooral mijn jonge en laatjes in de wintermaanden. Deze met een slechte weerstand en constitutie vallen dadelijk op. Na het behalen van mijn topresultaten op Barcelona, met het hieronder beschreven medische plaatje, was ik overtuigd dat vroege prijzen niet gewonnen worden met flesjes en pilletjes.

 

-Ik geef nooit preventief antibiotica.

-Begin van het speelseizoen krijgen de vliegers op hun eerste broed een vijfdaagse kuur tegen tricho indien nodig na veeartscontrole.

-Bij thuiskomst van de vlucht krijgen de vliegers mineralen en aminozuren voor snelle recuperatie.

-Ik geef regelmatig kruidenthee. In de winter twee keer per week en bij aanvang van het speelseizoen gedurende acht dagen. 

-Vitaminen geef ik nooit, omdat ik van oordeel ben dat in een gevarieerde voeding dit voldoende voorhanden is, en gezonde duiven een goed metabolisme hebben om de nodige vitaminen om te zetten uit de voeding.

-één week voor de inkorving van een fondvlucht geef ik enkele korreltjes "sliepzand". Hierdoor komen eventuele slijmpropjes in de neus los, en ben je zeker dat de vliegers vrij kunnen ademen tijdens de vlucht. Dit is veel beter dan maar te kuren met antibiotica tegen de koppen. Ik heb met het open hok systeem ook nooit last van vliegers met dikke koppen.

-Mijn jonge duiven nemen niet deel aan wedstrijdvluchten maar worden wel zelf gelapt in verschillende richtingen tot soms 100 km. Deze jonge bende krijgt het jaar van hun geboorte geen enkele medicatie buiten de verplichte enting. Een vuil neusje of nat oog komt af en toe voor maar moet evengoed terug verdwijnen anders moeten deze eruit.

-Er is veel te doen over anti-paratyfus behandelingen in de winter. Ik heb het in 2007 eens gedaan en verder niet meer. Ik heb geen spectaculaire verandering aan de duiven gezien, en bij deze behandeling zijn de duiven ook maar enkele maanden imuun en kunnen ze nadien evengoed besmet geraken.

 

Mijn medisch eindoordeel:

Zorg voor een kwalitatief goed gevarieerde mengeling, en voldoende bijvoeders als pikkoek, grit, schelpjes en vitamineral.

Geef nooit antibiotica, maar enkel aan een zieke duif indien nodig na diagnose.

Als er iets mis is met je duiven raadpleeg een dierenarts en begin niet blind te kuren.

Ga naar een dierenarts die niets voorschrijft als de duiven in orde zijn.

Start met goede duiven met een hoge natuurlijke weerstand.

 

 

 

Spartaanse methode met open hok in de winter

 

 

 

 

 

Zelfs met sneeuwval

 

 

 

 

 

Mijn boek:

 

Topduiven onder het keurend oog

uitgekomen in 1999.

 

fransbungeneers.be© 2010 • Privacy Policy • Terms Of Use